Onderhoud van uw Fiat oldtimer

Bandenspanning

Niet goed gevulde banden verslechteren de wegligging van je auto, verminderen de remefficiëntie en verhogen de bandenslijtage.

Oliepeil

• Het oliepeil mag pas worden gecontroleerd nadat de motor minstens 15 min. uitgeschakeld is geweest.
• Verwijder de peilstok uit de motor.
• Veeg de peilstok schoon met een schone droge doek.
• Plaats de peilstok weer in de motor en verwijder deze weer.
• Controleer of het peil tussen het aangegeven maximum- en minimumpeil staat.
• Als het peil te laag is, voeg dan olie toe aan de motor.
• Gebruik altijd olie van goede kwaliteit en meng nooit twee soorten olie.

Remvloeistof

• De remvloeistof wordt bewaard in een kleine container voorin de auto.
• Controleer of het peil hoog genoeg is.
• Voeg remvloeistof toe als het peil te laag is.

Verlichting

• Controleer alle lichten, zo nodig met de hulp van een 2e persoon.
• Vervang kapotte lampen direct.
• Niet werkende verlichting wordt niet altijd veroorzaakt door een kapotte lamp. Het kan ook veroorzaakt worden door een kapotte kabel, een defecte massaverbinding of een doorgebrande zekering. De zekeringkast bevindt zich in de voorste kofferruimte, rechts van de brandstoftank. Als de zekering direct na vervanging weer doorbrandt, ontstaat er waarschijnlijk ergens kortsluiting in de auto. Zoek eerst de oorzaak uit en verhelp deze voordat u een nieuwe zekering monteert.

Maandelijkse check of elke 2500 km

• Alle bovengenoemde punten.
• Controleer de accu.
• Controleer het peil van de ruitenwisservloeistof. Bij veel klassieke Fiats zit de ruitenwisservloeistof in een zakje voorin de auto.

Iedere 5000 km

* Alle bovengenoemde punten

* Controleer onder de auto:

• Controleer of alle rubberen pluggen nog op hun plaats zitten. Deze zitten vaak aan de linker- en rechterkant van de auto gemonteerd, zodat je gemakkelijk kunt zien of er een ontbreekt.
• Controleer alle (rubberen) remslangen op scheuren of onregelmatigheden. Deze slangen moeten een beetje flexibel zijn. Als er enige twijfel is over de remslangen moet je deze vervangen. Goede remmen zijn van levensbelang.
• Controleer op olielekkage. Van een klassieke motor is bekend dat hij bijna altijd een beetje "zweet", maar dit mag niet overdreven zijn. Als er olielekkage is probeer dan via het spoor dat de olie loopt de oorzaak van het lek te vinden. Het zou zomaar een losse bout of moer kunnen zijn. Als het probleem niet snel kan worden opgelost, neem dan contact op met een garage om het probleem op te lossen.
• Controleer op tekenen van roest. Als er roest wordt gevonden, neem dan onmiddellijk maatregelen om te voorkomen dat het zich uitbreidt.

* Controleer onder de vloer- en kofferbakmatten op tekenen van water:

• Als er water wordt gevonden, verwijder het dan onmiddellijk en ga na waar het vandaan kwam.

* Controleer de ventilatorriem:

• Controleer op tekenen van slijtage van de riem.
• Controleer of de riem flexibel genoeg is. Hij moet zonder veel kracht 2 cm op en neer kunnen gaan.
• Bij twijfel, vervang de ventilatorriem.

* Smeren fusee

• Fuseeassen zijn van vitaal belang voor een goed rijdende auto. Ze moeten regelmatig gesmeerd worden om ze in goede conditie te houden.

* Banden vervangen:

• Trek de handrem stevig aan.
• Haal de krik, wielsleutel en reserveband uit de auto.
• Verwijder de wielnaaf.
• Draai de vier wielbouten een halve slag los.
• Til de auto op met de krik op een stevige en vlakke ondergrond.
• Draai de wielbouten helemaal los.
• Plaats het wiel terug.
• Draai de wielbouten weer vast, maar niet te vast.
• Laat de krik zakken en draai de wielbouten stevig vast.
• Plaats de wieldop terug en berg het gereedschap weer op.

* Chroom:

• Het chroom van een klassieke auto moet onderhouden worden om roestvorming te voorkomen. In de zomer kun je het chroom poetsen met onze chroompoets.
• In de winter adviseren wij een siliconenhoudende wax of zuurvrije vaseline te gebruiken.

* Scharnieren en sloten

• Smeer zaken als portierscharnieren en sloten regelmatig met siliconenspray voor een goede werking.

* Olie

• Wij adviseren 20W50 olie te gebruiken, onze MO1101. De olie is iets dikker en met een grote tolerantie, wat meer geschikt is voor een klassieke automotor.
• Het is raadzaam niet door te rijden tot het oliepeil het laagste punt heeft bereikt, maar te proberen het oliepeil in ieder geval rond het gemiddelde te houden.

* Het verversen van de olie:

• Om de oude olie uit de motor te laten lopen, trek je eerst de peilstok een stukje uit de motor. Hierdoor komt er lucht in het oliecarter en zal de olie er gemakkelijker uitkomen.
• De olieaftapbout is de grote bout aan de onderkant van het oliecarter. Verwijder deze bout. Bedenk dat er ongeveer twee en een halve liter olie uit het carter loopt. Houd een voldoende grote opvangbak bij de hand.
• Nadat de olie minstens tien minuten de tijd heeft gehad om volledig uit de motor te lopen, kan de aftapbout worden teruggeplaatst.
• Vul nu de motor met ongeveer twee en een halve liter nieuwe olie. Gebruik alleen olie van topkwaliteit.
• Controleer het oliepeil en vul zo nodig olie bij.